Lode Vereeck: wat hebben we geleerd?
Zondag 1 maart kwam senator en professor economie Lode Vereeck voor de Open-VLD in Scharpoord een uiteenzetting geven over de zin en de onzin van de vermogens(winst)belasting. Een goede opkomst en een interessante spreker zorgden voor een boeiende en leerrijke voormiddag. Wat hebben we dan geleerd? 1. De discussie over de vermogenswinstbelasting wordt best bekeken in de context van de zesde staatshervorming. Deze staatshervorming zorgt voor een hertekening van de geldstromen tussen de diverse overheden in ons land. Blijkt dat de federale overheid nog meer als vroeger slechts een doorgeefluik is voor de vele miljarden die, vooral via belastingen, binnenstromen. Van de 130 miljard euro blijft slechts 30 mrd over voor de federale overheid. De rest gaat vooral naar de gewesten en de gemeenschappen, en ook naar de sociale zekerheid en de EU. Met het extra geld dat de regio’s sinds de zesde staatshervorming krijgen steken zij de sociale zekerheid voorbij als belangrijkste ‚spender’ van belastingcenten. 2. De regering-Michel heeft al een zogenaamde tax shift gerealiseerd en dat voor ongeveer 3,5 mrd euro. Dit is het bedrag waarmee de loonlasten naar omlaag gaan, hoofdzakelijk voor de bedrijven en in mindere mate onder de vorm van een hoger netto loon voor de werknemers. De motivatie daarvoor is te vinden in de vaststelling van het Planbureau dat de eerste soort loonlastenverlaging veel meer extra jobs oplevert dan de tweede soort. Deze verlagingen worden gecompenseerd door het verhogen van andere soorten belasting, onder andere accijnzen en de zogenaamde Kaaimantaks. 3. Alles samen genomen behoort de belastingdruk, met 45 % van het bruto binnenlands product, en het overheidsbeslag, met 53 % van datzelfde product, tot de hoogste in de wereld. Het terugdringen hiervan zou dus een eerste prioriteit moeten zijn. Binnen dat overheidsbeslag valt dan weer op dat het percentage dat in België van vermogens(winst)belastingen komt vandaag eveneens al van de hoogste in de wereld is. Er zijn letterlijk tientallen soorten Belgische en regionale vermogens- en vermogenswinstbelastingen op te noemen. Waar nu de publieke aandacht op gevestigd is zijn de meerwaarden op aandelen en op vastgoed. Die zijn inderdaad, onder bepaalde voorwaarden, momenteel nog onbelast. Dit in tegenstelling met de meeste andere ontwikkelde landen die dergelijke meerwaarden wel belasten. Daarover kan dus gepraat worden, natuurlijk met de te hoge belastingdruk als basisgegeven. Waar ook over gepraat moet worden is over de extreme toestanden die naar buiten zijn gekomen met o.a. Luxleaks. Laat het duidelijk zijn dat het hier om uitzonderingen gaat en dat de aanpak van dergelijke gevallen nodig is maar het probleem van de hogeloonlasten niet zal oplossen. Dat hebben we dus geleerd. Piet zal tevreden zijn.