Blog Frank Naert

vrijdag, maart 30, 2007

De Europese markt voor betaaldiensten

Europa is dikwijls een ver-van-mijn-bed-show. De eurocraten lijken soms weinig voeling te hebben met wat de man in de straat aanspreekt en bezig houdt. Het Europese politieke niveau staat dan ook veraf van de gemeentepolitiek, het politieke niveau dat het dichtst bij de burger staat hem en hem het meest zal interesseren.

Soms wordt dat stereotype beeld evenwel doorbroken en houdt Europa zich ook bezig met zaken die we, letterlijk, in onze portemonnee voelen. De vervanging van de Belgische frank door de euro is zo’n gelegenheid geweest. Velen beseffen het waarschijnlijk niet, maar er zit opnieuw een hervorming aan te komen die ieder van ons zal raken.

De Europese Unie heeft immers het idee opgevat om een Europese betaalruimte te maken, waarin grensoverschrijdende betalingen even gemakkelijk en goedkoop zouden moeten zijn als binnenlandse betalingen. Die betaalruimte kreeg het koosnaampje SEPA mee.

Hoe zullen wij daarmee te maken krijgen en wanneer? Om met dat laatste te beginnen: de bedoeling was om er, alvast in België, mee te beginnen op 1 januari 2008, binnen 9 maanden dus, de duur van een zwangerschap. Ondertussen zou het wel eens om een olifantendracht kunnen gaan, want er zijn zoveel problemen dat er misschien uitstel van komt.

Zeer zichtbaar voor de consumenten zal zijn dat er een uniform bankrekeningnummer komt voor heel de Europese Unie. Gedaan dus met ons rekeningnummer met de vertrouwde xxx-xxxxxxx-xx structuur. Het oud rekeningnummer 730-1234567-44 wordt BE55 7301 2345 6744. Dat betekent kosten doordat de rekeninggegevens overal waar ze gebruikt worden (op facturen, overschrijvingen, bank- en kredietkaarten,…) moeten worden aangepast.

Er zijn nog andere gevolgen van SEPA. Zo wordt ook het systeem van de betaalkaarten aangepast. Dit systeem kennen wij als het vertrouwd Bancontact-Mister Cash systeem, waarmee we geld uit de muur halen en betalen als we gaan shoppen. Dat systeem kost geld: de terminals kosten, de kaartaanmaak kost, het verwerken van de transacties zodat het geld van de rekening van de klant op de rekening van de handelaar terecht komt kost ook geld. In het Bancontact-Mister Cash systeem blijken die kosten nogal mee te vallen: onze tarieven behoren tot de laagste van de Europese Unie. Dat dreigt met SEPA evenwel te veranderen. De Belgische banken hebben in groep beslist om Bancontact-Mistyer Cash te laten voor wat het is en over te stappen op het Maestro-systeem van de kredietkaartengigant Mastercard. Maestro is ons al bekend, het staat op de meeste van onze kaarten en wordt gebruikt als we in het buitenland moeten betalen. Dit systeem is evenwel duurder. Men heeft berekend dat het per jaar ongeveer 100 miljoen euro extra gaat kosten. Deze som moet opgehoest worden door de banken maar deze zullen dat uiteraard doorrekenen, in dit geval aan de handelaars die gebruik maken van betaalkaartterminals. De handelaars zullen op hun beurt de extra kosten proberen door te rekenen aan de klanten.

Leuke vooruitzichten dus. Leve Europa!

Schade door bouwwerken

In de zone tussen de Graaf d’Ursellaan en de Zeedijk zijn diverse grote bouwwerken bezig. Sommige werven gaan tot vier verdiepingen onder de grond. Ingewikkelde pompinstallaties die het publiek domein ontsieren moeten dit mogelijk maken. Ik stel vast dat sommige van die pompinstallaties het opgepompte water terug in de riool lozen, hoewel ik meen dat dat juist niet de bedoeling is omdat het risico op schade vergroot. Ondertussen nemen de berichten over schade aan omliggende gebouwen overhands toe. Ik maak mij twee bedenkingen. Een eerste is of bouwvergunningen voor dergelijke diepe werken niet al te lichtzinnig door de gemeente worden toegestaan. Men kan natuurlijk argumenteren dat er verzekeringen worden afgesloten die de schade moeten dekken, maar ik meen dat het hier beter zou zijn om de schade gewoon te vermijden door strenger te vergunnen. Een tweede bedenking is of er wel afdoende wordt gecontroleerd op de pompinstallaties. Het college deelt blijkbaar mijn bekommernissen. De burgemeester heeft gisteren op de gemeenteraad toegegeven dat er problemen zijn en dat men best niet meer tot -4 gaat. We zullen evenwel nog moeten afwachten om te zien of de nieuwe projecten die op de Kinkhoorn gepland zijn inderdaad ook zo diep onder de grond zullen mogen gaan. Ook met de grondbemaling zijn er problemen. De gemeente heeft aannemers toestemming gegeven om toch in de riolen te lozen, hoewel dit tegen de eigen regels is. Raar niet?

Recuperatie BTW zwembad via autonoom gemeentebedrijf?

Zoals zovelen kijken wij ook uit naar het zwembad. Niet meer naar Blankenberge moeten is een prettig vooruitzicht. Het project Duinenwater heeft evenwel heel wat voeten in de aarde. Ingewikkelde ruilconstructies die de kosten voor de gemeente moeten minimaliseren en ervoor zorgen dat er vooral niet teveel belastingen moeten worden betaald. Daarbij speelt het op te richten autonoom gemeentebedrijf een rol.
Op de gemeenteraad van eind februari werd een uiteenzetting gegeven over dit autonoom gemeentebedrijf. Op een expliciete vraag van mijn kant of de BTW-constructie rond het te bouwen zwembad nog zou mogelijk blijven ingevolge de recent aangepaste wetgeving rond deze autonome gemeentebedrijven, werd geantwoord dat dit geen probleem zou vormen: de gemeente zou in ieder geval de BTW op het zwembad kunnen recupereren.
Haaks daarop staat evenwel een mededeling van de Vereniging van Vlaamse Gemeenten en Steden VVSG dat dergelijke constructies tussen gemeenten en gemeentebedrijven toch niet meer mogelijk zouden zijn. Gisteren heb ik dit probleem voorgelegd op de gemeenteraad. De burgemeester verklaarde daarbij dat er geen problemen met de BTW zouden rijzen. Overtuigd ben ik toch niet helemaal. Blijft dus te volgen.